Eens en voor altijd

Er was één vraag die mij zeer bezighield toen ik pas tot geloof kwam en die vraag was: ‘eens gered, altijd gered?’ Dit was een vraag waar ik erg onzeker over was ook omdat onze toenmalige voorganger op het standpunt stond dat je je verlossing wel kon verliezen en er staan veel teksten in de Bijbel die dat lijken te beamen.

Mijn probleem was niet de verlossing, die volledig uit genade bestaat, maar hoe daarna verder.  Want als ik door mijn zondige natuur niet in staat ben om mijn verlossing te verdienen, ben ik dan wel in staat om het vol te houden? En om verlost te worden stel ik mijn vertrouwen op de Here Jezus maar daarna moet ik op mijzelf vertrouwen om het tot een goed einde te brengen?

Op één of andere manier kon ik de gedachte niet verdragen dat ik mijn verlossing kon verliezen. Het klinkt ook nogal katholiek, geloof plus werken, dus ging ik op zoek naar antwoorden en waar vind je die ook alweer? Juist ja, in de Bijbel.

“Zij zijn uit ons midden weggegaan, maar zij waren niet uit ons; want als zij uit ons geweest waren, dan zouden zij bij ons gebleven zijn.  Maar het moest openbaar worden dat zij niet allen uit ons zijn.” 1 Johannes 2 vers 19

Deze tekst lijkt te zeggen dat als je echt opnieuw geboren bent dat je dan in Christus blijft.

“Want ik ben ervan overtuigd dat noch dood, noch leven, noch engelen, noch overheden, noch krachten, noch tegenwoordige, noch toekomstige dingen, noch hoogte, noch diepte, noch enig ander schepsel ons zal kunnen scheiden van de liefde van God in Christus Jezus, onze Heere.” Romeinen 8 vers 38 en 39

De woorden ‘noch toekomstige dingen’ lijken te zeggen dat je niet bang hoeft te zijn voor je toekomstige daden want waar zou dat anders op moeten slaan?

“In Hem bent ook u, nadat u het Woord van de waarheid, namelijk het Evangelie van uw zaligheid, gehoord hebt; in Hem bent u ook, toen u tot geloof kwam, verzegeld met de Heilige Geest van de belofte, Die het onderpand is van onze erfenis, tot de verlossing die ons ten deel viel, tot lof van Zijn heerlijkheid.” Efeze 1 vers 13 en 14

Dit vers lijkt te zeggen dat de Heilige Geest borg staat voor ons.

“Ons burgerschap is echter in de hemelen, waaruit wij ook de Zaligmaker verwachten, namelijk de Heere Jezus Christus, Die ons vernederd lichaam veranderen zal, zodat het gelijkvormig wordt aan Zijn verheerlijkt lichaam, overeenkomstig de werking waardoor Hij ook alle dingen aan Zichzelf kan onderwerpen”. Filippenzen 3 vers 20 en 21

Er staat niet: ons burgerschap is ‘wellicht’ in de hemelen maar er staat ‘is’ in de hemelen.

“Jezus zei tegen hem: Wie gebaad heeft, heeft slechts nodig dat zijn voeten worden gewassen, want hij is al geheel rein.” Johannes 13 vers 10

Dit vers lijkt te zeggen dat één keer bekeren genoeg is en dat je daarna alleen je dagelijkse zonden hoeft te belijden. Je kunt dan, volgens mij, niet meer helemaal smerig worden.

En toch waren al die teksten voor mij toen nog niet helemaal bevredigend. Het werd pas anders toen ik het boekje las: ‘Voor eeuwig behouden!’ van dr. H.A. Ironside. Leraars moet je altijd toetsen aan de Bijbel en deze man is, voor zover ik dat kan beoordelen, te vertrouwen. Het is een klein boekje dat mij veel vreugde bracht omdat het mij geloofszekerheid gaf en daardoor rust.

Hij begint eigenlijk meteen door onderscheid aan te brengen tussen echte en onechte christenen. En hij doet dat door de volgende twee teksten te citeren:

“Niet ieder die tegen Mij zegt: Heere, Heere, zal binnengaan in het Koninkrijk der hemelen, maar wie de wil doet van Mijn Vader, Die in de hemelen is. Velen zullen op die dag tegen Mij zeggen: Heere, Heere, hebben wij niet in Uw Naam geprofeteerd, en in Uw Naam demonen uitgedreven, en in Uw Naam veel krachten gedaan? Dan zal Ik hun openlijk zeggen: Ik heb u nooit gekend ga weg van Mij, u die de wetteloosheid werkt!” Mattheüs 7 vers 21 tot 23

“Mijn schapen horen Mijn stem en Ik ken ze en zij volgen Mij. En Ik geef hun eeuwig leven; en zij zullen beslist niet verloren gaan in eeuwigheid en niemand zal ze uit Mijn hand rukken. Mijn Vader, Die hen aan Mij gegeven heeft, is meer dan allen, en niemand kan hen uit de hand van Mijn Vader rukken. Ik en de Vader zijn Eén.” Johannes 10 vers 27 tot 30

En deze teksten hebben mij ervan overtuigd dat je geloofszekerheid kan hebben. Hoe verschillend zijn beide teksten, want de ene tekst gaat over mensen die verloren gaan en de andere over de verlosten.
En nu komt het, in Mattheüs zegt Jezus niet: ik heb u even gekend maar halverwege niet meer.
Nee, Hij zegt: Ik heb u nooit gekend!
En hoe prachtig is het dan dat Jezus in Johannes zegt: Ik ken ze! Op het moment van je oprechte bekering word je dus door de Here Jezus gekend en zul je beslist niet verloren gaan zoals de tekst zo prachtig zegt! Ik vond dit, en nog steeds, een geweldige openbaring.

In de rest van het boekje geeft de schrijver nog wat antwoorden op moeilijke teksten zoals:

“En doordat de wetteloosheid zal toenemen, zal de liefde van velen verkillen.
Maar wie volharden zal tot het einde, die zal zalig worden.” Mattheüs 24 vers 12 tot 13

Ten eerste spreekt de Here Jezus hier over de eindtijd en daar gelden andere regels omdat er dan geen genadetijd meer is. De manier om in die tijd behouden te worden is inderdaad te volharden door, onder andere, geen teken aan je hoofd of hand te nemen. Maar het zou ook, en dit is misschien een cirkelredenatie, nog op ons kunnen slaan omdat als je niet volhard je dus niet echt bent wedergeboren.

“Want als zij de besmettingen van de wereld ontvlucht zijn door de kennis van de Heere en Zaligmaker Jezus Christus, maar daarin opnieuw verwikkeld raken en daardoor overwonnen worden, dan is voor hen het laatste erger geworden dan het eerste. Het zou immers beter voor hen geweest zijn dat zij de weg van de gerechtigheid niet gekend hadden, dan dat zij, nadat zij die hebben leren kennen, zich weer afkeren van het heilige gebod dat hun overgeleverd was. Maar hun is overkomen wat een waar spreekwoord zegt: De hond is teruggekeerd naar zijn eigen uitbraaksel en de gewassen zeug naar het rondwentelen in de modder.” 2 Petrus 2 vers 20 tot 22

Dit is weer een voorbeeld van hoe belangrijk het is om de tekst en de context heel precies te lezen.
Er staat hier niet; een schaap is teruggekeerd naar zijn eigen braaksel. Hier worden geen wedergeboren christenen bedoeld want die worden nooit honden genoemd.

In dit verband moest ik denken aan de ‘laatste rede’ van mijn aardse vader tijdens zijn begrafenis.

Mijn vader schreef hele bloknoten vol met allerlei onderwerpen. Toen hij overleden was mocht de voorganger die de uitvaartdienst zou leiden die schrijfsels inzien en hij haalde daar het volgende bekeringsverhaal uit om te gebruiken in zijn preek:

“Ik ben vaak bij dat kruis langsgelopen. En ik heb er wel eens bij stilgestaan en er wel eens naar gezwaaid maar nooit geknield. Ik was een belijder maar geen belever.
Tot het moment kwam dat ik moest knielen aan de voet van het kruis en vroeg: Here mijn God wilt u mijn zonden om Christus wil vergeven? Toen ik opstond viel er letterlijk een pak van mijn hart. Ik raad een ieder aan die dit leest om te vertrouwen op Gods beloften en hetzelfde te doen.
Mocht er nog sprake zijn van een begrafenis, dit i.v.m. de opname, zet er dan maar een kruis op met de tekst: ik ben naar huis!” Jan Visser sr. (Tijdens de dienst lag er op de kist een kruis gemaakt van witte rozen met een lint waarop stond: ik ben thuis!)

Dit is waar het eigenlijk om gaat. Zijn wij oprecht weder geboren of blijven wij, net zoals mijn vader in het begin deed, op een ‘veilige’ afstand?  Maar waar herken je een ware christen dan aan?
Jezus zegt het Zelf: “Mijn schapen horen Mijn stem en Ik ken ze en zij volgen Mij.”  
Dus als je naar Hem luistert en Hem volgt, doe je wat Hij zegt! Maak de keuze om vanaf nu te zeggen: niet mijn wil maar Uw wil geschiede! Als je lid word van het gezin van God word je een koningskind en hoor je bij de schapen. Dan is de Goede Herder verantwoordelijk voor jou en er is werkelijk niemand die jou dan uit Zijn hand kan rukken!

Ik begrijp nu dat ik vroeger weinig snapte van de genade van God. Het is mij nu duidelijk dat de prijs die de Here Jezus betaald heeft aan het kruis ruim voldoende was.
Want Hij is niet alleen gestorven voor mijn zonden van vóór mijn bekering, maar voor al mijn zonden!